De automobielsector kijkt met gemengde gevoelens terug op de leerstoel van "Brussels Studies Institute (BSI)" die vandaag met een academische zitting werd afgerond. Vier jaar geleden kreeg de leerstoel de opdracht om een 360°-oefening te maken van het fenomeen van de bedrijfswagen en dieper inzicht te krijgen in zijn rol, betekenis en impact voor zijn gebruikers, de bedrijven en de overheid.

Statistieken overheid ontoereikend

Ook na een speurtocht van de BSI-academici blijft het in ons land gissen naar het aantal bedrijfswagens dat enkel professioneel wordt gebruikt, naar hoeveel werknemers hem gebruiken als werkinstrument en wat het aandeel is van de "salariswagen" (voertuigen die deel uitmaken van het verloningspakket maar evengoed kunnen dienen voor beroepsdoeleinden). Evenmin duidelijk is hoeveel leasewagens - die de voorbije jaren in aantal zijn gegroeid - eigenlijk onder private lease vallen en niets vandoen hebben met een bedrijfswagen of "salariswagen" in bedrijfscontext. Het gebrek aan overheidsstatistieken bemoeilijkt het voeren en begroten van een doordacht overheidsbeleid die de zakelijke autorijder wil ontzien. De automobielsector is ontgoocheld dat deze onmisbare basisgegevens niet duidelijk(er) zijn geworden.

Gemiste fiscale overheidsinkomsten: eerder 2 dan 4 miljard

Bedrijfswagens kunnen moeilijk los gezien worden van de belangrijke loonkosthandicap van ons land. De uitzonderlijk hoge loonlasten voor werkgever en werknemer worden gemilderd door de minder belaste bedrijfswagen. Onderzoek van de BSI-academici bevestigt dat de "gemiste" fiscale opbrengsten voor de overheid eerder 2 dan 4 miljard euro bedragen (Copenhagen Economics). Bovendien dient opgemerkt dat een compensatie die overeenstemt met de voordelen van een bedrijfswagen evenmin meer geld in de staatskas zou brengen.

Beleid oriënteren en effecten becijferen met online tool CoCaTax.be

Positief nieuws is te vinden in de creatie van een online simulatietool waarmee de financiële, socio-economische en fiscale effecten kunnen becijferd worden van beleidsvoorstellen inzake bedrijfsmobiliteit. Het geeft een kompas aan beleidsmakers en stakeholders die werk willen maken van een doordacht en evenwichtig bedrijfswagenbeleid. Voor de automobielsector ligt hierin de meerwaarde van de leerstoel.

Sinds de start van de leerstoel, die ironisch genoeg samenviel met "dieselgate", is veel eranderd: strengere EU emissietests, boetes voor sjoemelende automerken, "groenere" autobelastingen, ontdieseling, "tax shift", mobiliteitsbudget, klimaatbezorgdheid...

De mediabelangstelling rond klimaat kwam te laat om het thema focus te geven binnen de leerstoel. Dit neemt niet weg dat tal van beleidsmaatregelen werden genomen om de klimaatimpact van (bedrijfs)wagens te beperken:

  • Europa legt strengere emissietesten op aan nieuwe wagens, alsook ambitieuze CO2-reductiedoelen (-37,5% in 2030)

  • federaal werd een "tax shift" doorgevoerd: lagere bedrijfsbelastingen worden gefinancierd door een strengere kostaftrek voor bedrijfswagens; dat laatste kan vermeden worden als bedrijven hun autopark fors vergroenen

  • ook werden twee instrumenten in het leven geroepen die werkgevers en werknemers aanmoedigen om de bedrijfswagen in te ruilen: een uitbetaling in cash en een mobiliteitsbudget

Met andere woorden: enkele fundamenten zijn gelegd om het gegeven "bedrijfswagen" te beschouwen als een opportuniteit en in te zetten als hefboom in de verduurzaming van onze mobiliteit:

  • een versnelde elektrificatie van het autopark, sneller dan mogelijk is met privéwagens

  • evolueren van de monomodale "car policy" naar een multimodaal mobiliteitsbudget in bedrijfsmobiliteit

Automobielmerken, dealers, leasebedrijfen en aanverwanten staan de komende jaren klaar met producten, diensten en mensen om de transitie naar zero-emissie-mobiliteit te realiseren. De werkgevers en werknemers zijn aan zet om hun bedrijfswagenpark sneller te vergroenen en aan het mobiliteitsbudget alle kansen te geven.

Bron: FEBIAC